Dagboek van een kind
05:30
Wakker geworden, gehuild.
Wilde bij papa en mama in het grote bed.
Mocht niet.
Nog harder gehuild.
Mocht wel.
08:30
Moest melk drinken.
Wilde niet, wilde cola zoals op TV.
Woest gebruld.
Hielp niet.
Melk vies, bijna dood.
09:00
Pijp in papa's koffie gedaan.
Papa boos.
09:15
Zeep gleed uit in bad. Mama nat.
Mag niet met zeep spelen.
Zeep in mond gestoken.
Nooit meer doen, smaakt vies.
09:45
Reuk op mat gegoten.
Mat van kleur veranderd en raar ruiken.
Nog meer reuk op gedaan.
Nu goed ruiken.
Mama boos.
10:10
In papa's werkkamer geweest.
Vliegertjes gemaakt van papa's papieren.
Ben buitengevlogen, net als vliegertjes.
Spijtig!
10:45
Sleutel uit kast getrokken.
Weggestopt.
Mama wilde hem terug.
Eerst snoep gevraagd,
Dan sleutel teruggestoken.
11:00
Worm gevonden.
Wilde weten of hij kon zwemmen.
Zonk.
11:30
Kalender afgescheurd tot 6 december.
Gewacht op Sinterklaas en Zwarte Piet.
Kwamen niet.
12:00
Kalender verder afgescheurd tot 6 december.
Gewacht op Sinterklaas en Zwarte Piet.
Kwamen niet.
12:30
Moest pap eten.
Geweigerd.
Wou frieten met stoofvlees.
Stoelen omvergegooid en pap naar papa gesmeten.
Kletsen gekregen op blote роер.
Rest van pap toch maar opgegeten.
13:00
Middagrust in bed.
Kon niet slapen.
Pluisjes van deken getrokken, in neus gestoken.
Terug eruitgehaald, waren nat.
Heb ze maar onder bed gestoken.
15:00
Rood potlood gevonden.
Op deuren getekend.
Slaag gekregen.
Alles zelf moeten uitgommen.
15:35
"Dju, dju miljard" gezegd.
Mocht niet.
"Ju, ju paard" mag.
16:00
Behangpapier van muur getrokken.
Zo veel mooier.
Mama vond van niet.
Bijna doodgefolterd.
17:45
In mama's handtas gekeken.
Poeder op kanarie gedaan.
Kanarie nu lekker ruiken.
Mama niet weten.
Beter ook zo.
18:15
Kat bij staart gepakt.
Krabte.
Klets gegeven.
Krabte nog.
Meer kletsen.
Werd kwaad.
Best afblijven, роеs gevaarlijk.
19:00
Moest weer gaan slapen.
Wou niet.
Wou Dallas zien.
Mocht niet.
Blokje naar TV gegooid.
TV kapot.
Niemand kon nog zien.
Ikke niet zien, niemand nog zien.
Hihi!
19:30
Ben toch gaan slapen.
Hoorde mama tegen papa zeggen:
"'t Is toch zo'n braaf manneke..."