Een nederlander, een Duitser en een Belg werken samen in de bouw. Ze lunchen altijd boven op het dak.
Op een dag zegt de Nederlander:
'Alweer kaas op m'n boterham? Ik haat kaas'
Zegt die Duitser:
'Alweer worst op m'n boterham? Ik haat worst'
Zegt die Belg:
'Alweer pindakaas op m'n boterham? Ik haat pindakaas'
De volgende dag lunchen ze weer allemaal op hetzelfde dak.
Zegt de Nederlander:
'Kaas? Alweer kaas? Als ik morgen weer kaas heb spring ik van het dak af'
Zegt die Duitser:
'Worst? alweer worst? Als ik morgen weer worst heb spring ik van het dak af'
Zegt die Belg:
'Pindakaas? Alweer pindakaas? Als ik morgen weer pindakaas heb spring ik van het dak af'
De volgende dag:
Zegt die nederlander:
'Kaas? Alweer kaas? Ik spring van het dak af!'
- -- dood ---
Zegt die Duitser:
'Worst? Alweer worst? Ik spring van het dak af!'
- -- dood ---
Zegt die Belg:
'Pindakaas? Alweer pindakaas? Ik spring van het dak af!'
- -- dood ---
Op de begrafenis:
Zegt die vrouw van de Nederlander:
'Ik snap er niks van, ik dacht dat hij van kaas hield'
Zegt die vrouw van de Duitser:
'Ik snap er niks van, ik dacht dat hij van worst hield'
Zegt die vrouw van die Belg:
'Ik snap er niks van, hij smeert iedere dag zelf zijn boterhammen'
0