Een Antwerpenaar, een West-Vlaming en een Limburger wachten in de States in de zogenaamde "Death Row" op de uitvoering van hun doodstraf. De gevangenisdirecteur geeft hun alledrie de keuze:
1. dood met de kogel
2. dood door ophanging
3. een injektie met het AIDS-virus
De Antwerpenaar zegt, "Schiet moa mor recht tusse man twie oegen", en "ВАNG"... den Antwerpenaar dood. De West-Vlaming zegt, "Hangt mi mar op an een "koor'ke", en SNAP".. De West-Vlaming dood. De Limburger knipoogt en zegt, "Injekteeer mich maaar met dien Aids-toestand!". De beul dient hem zijn injektie toe. De Limburger valt al lachend op de grond, en zegt "Geeef mich nog maaar wa van dien Aids-dinges", en de beul voert uit. De Limburger lacht nu zo hard, dat hij kronkelt van plezier.
De beul vraagt hem:
"Wat mankeer jij in feite, kerel ?"
Waarop de Limburger:
"Ich heb een condoom aan, joeng!"
Limburgers zijn slimmer dan velen denken!!
Een Limburgse boer woont net aan de grens met Nederland en zijn buur is dan ook een Hollandse boer.
De twee hebben altijd een goede verstandhouding gehad tot een treurig incident die relatie vertroebeld heeft.
Het zat zo...
De Limburger had een kip die elke ochtend een ei legde, en hem telkens een kakelvers ontbijt bezorgde.
Op een mooie ochtend ziet hij zijn kip op het land van de buurman. Ze legt haar ei en de Hollander raapt het op.
De Limburger stapt op zijn buur af en vraagt het ei terug. Die weigert omdat de kip het ei op zijn land gelegd heeft en alles op zijn land is dan ook van hem.
De twee staan een hele tijd te discussieren tot de Limburger met een oplossing op de proppen komt...
"Kijk, "zegt hij, "bij ons in Limburg, als we een onoplosbaar geschil hebben, gebruiken we de methode van de harde kloten..."
"Wat?", vraagt de Hollander.
"De harde kloten. Het is heel simpel: ik schop je in je kloten en kijk hoelang het duurt voor ge terug rechtstaat. Dan schopt gij mij in mijn kloten en kijkt hoelang het duurt voor ik recht sta.
Degene die het snelst rechtstaat, heeft gewonnen."
De Hollander gaat akkoord.
De Limburger doet zijn klompen aan, neemt een ferme aanloop en schopt de Hollander kei-en keihard in zijn ballen.
Die valt huilend naar zijn kruis grijpend op de grond .
De tranen lopen over zijn wangen, hij kan nauwelijks ademhalen, hij rolt over de grond, heeft geen gevoel meer in zijn...
Enfin, you get the picture.
Het duurt meer dan 30 minuten voor hij kan rechtstaan. Als hij dan wankelend op zijn benen staat, zegt hij:
"Nu is het aan mij."
Zegt de Limburger:
"Nee, laat maar. Ge moogt het ei hebben."
Joske en Peterke beslissen om eens naar Antwerpen te gaan feesten. Ze pakken goe wa pinten in een cafe en kijken eens goe naar het schone volk. Plots zegt Joske tegen Peterke:
"Jong, we hebben de laatste bus gemist! Ное gaan we nu naar Hasselt?"
Joske:
"Ja jong, had ik nog niet gemerkt."
Peterke:
"En onze geld is ook op. Nu hebben we niet genoeg voor een taxi."
Joske:
"Weet je wat jong? We stelen een bus en rijden ermee naar huis!"
Peterke:
"Goed idee jong."
En Joske en Peterke gaan naar De Lijn dêpot om een bus te stelen.
Joske:
"Peterke, jij blijft hier wacht houden en ik zal de bus gaan stelen."
Joske gaat naar binnen en merkt dat er geen kat te zien is, dus stapt hij in de bus en vertrekt. Buiten parkeert hij de bus, stapt uit en gaat terug het depot binnen.
Wat doet Joske nu, denkt Peterke. Waarom gaat hij terug naar binnen zeg?
Joske stapt in een 2de bus, vertrekt en parkeert de bus naast de eerste. Vervolgens gaat hij WEER naar binnen.
Peterke kan het maar niet begrijpen:
"Maar jong toch, straks komt de politie, wat doet die nu. Is ie zot geworden?"
Joske stapt in 3de bus en doet weer hetzelfde. Op het moment dat hij voor een 4e keer naar binnen wilt rennen, houdt Peterke hem tegen. Zegt Peterke:
"Wat doe je nu jong? Straks komt de politie. Waarom ga je 3 bussen halen? Laten we toch gewoon naar huis rijden?!"
Joske:
"Maar Peterke jong, de bus naar Hasselt staat helemaal van achter..."
Twee Antwerpenaars en een Limburger discussiëren over uitvindingen. Zegt de eerste Antwerpenaar:
"Elektriciteit, dat is pas een uitvinding. Je komt de kamer binnen, knipt de schakelaar aan en de lamp brandt."
"Mmm," zegt de tweede Antwerpenaar, "ik vind de telefoon beter. Je neemt de hoorn op en je кunт gelijk wie ter wereld bereiken."
"Och," zegt de Limburger, "dat is niks in vergelijking met een thermosfles".
"Een thermos?", vragen de twee Antwerpenaars zich af.
"Ah ja, die houdt je drank koel in de zomer en warm in de winter."
"Wel, dat is het principe van een thermosfles?", zeggen de Antwerpenaars verontwaardigd.
"Ja," antwoordt de Limburger, "maar hое weet die thermos wanneer het zomer of winter is?"