Een dominee en een priester zitten op een bank in het park te keuvelen.
De dominee draagt een zeer sleets kostuum terwijl de pastoor in een redelijk chique pak gestoken is. De priester vraagt de dominee waarom hij zo'n afdrager aan heeft.
De dominee:
"Ik leef voor God, en als Zijn dienaars leven wij van wat er overblijft van wat de Gemeenteleden des Zondags doneren in het kerkfonds."
"Overblijft?", vraagt de priester.
"Na de dienst neem ik al het bij de collecte opgehaalde geld, teken een krijtcirkel op de grond, gooi het geld in de lucht, en alleen wat in de cirkel blijft liggen is voor mijn levensonderhoud. De rest is voor God."
"Dat zien wij toch wat makkelijker als katolieken", antwoordt de priester, "wij doen dat ook, collecte, krijtcirkel enzo, maar bij ons is het: Al wat in de cirkel valt is voor God, de rest voor mij zeg maar."
Hij is nog niet uitgesproken of er komt een Porsche aanstuiven, een rabbi springt eruit, Versace kostuum, met goud behangen, dikke Rolex, GSM.
"Zeg rabbi, u zit goed in de slappe was zo te zien ? Kom erbij zitten."
Ze leggen hem uit waar ze het over hadden, en nieuwsgierig naar hое de rabbijn zo welvarend kan zijn als geestelijke zegt hij:
"O, wij doen dat ook hооr, collecte in de sjoel enzovoort. Alleen die cirkel, dat doe ik niet. Ik gooi gewoon alles de lucht in en roep God aan: Alles wat U vangt mag U houden!"