Lieve kleindochter,
Enkele dagen geleden ging ik naar de plaatselijke krantenwinkel en zag een sticker waarop stond:
'Claxonneer als je van Jezus houdt'.
Die dag was ik bijzonder opgewekt omdat ik net een mooie kerkdienst met koorzang en donderpreek had bijgewoond.
Dus kocht ik de sticker en plakte hem op mijn bumper.
Jongen toch, ben ik blij dat ik dat deed want ik beleefde daarna zo'n bemoedigend avontuur.
Ik stopte aan een rood licht op een druk kruispunt, nog steeds in gedachten over de Heer en hое goed Hij is.
Daardoor zag ik niet dat het licht groen werd.
Een goede zaak dat iemand anders ook van Jezus houdt en toeterde want anders was het mij niet opgevallen.
Daarna merkte ik dat meerdere mensen van Jezus houden.
Terwijl ik daar zat te wachten, begon de man achter mij te toeteren.
Dan leunde hij uit zijn raam en riep:
'In Gods naam!! Vooruit! Vooruit! Jezus Christus!! Vooruit!' Wat een uitbundige fаn van Jezus was hij.
Iedereen achter mij begon te toeteren. Ik leunde uit mijn raam en begon te wuiven en te lachen naar al deze liefdevolle mensen.
Ik claxonneerde zelfs enkele keren om te laten horen dat ik hun liefde deelde.
Er moet zelfs een psychiater achter mij gestaan hebben want ik hoorde iets zeggen over een instelling.
Ik zag een ander op een vreemde manier wuiven met alleen zijn middenvinger in de lucht.
Ik vroeg mijn kleinzoon op de achterbank wat dit wilde zeggen.
Hij antwoordde:
'Waarschijnlijk is het een Hawaïaans geluksteken.' Zo oud als ik ben heb ik nooit iemand uit Hawaï ontmoet dus gaf ik hem het geluksteken terug.
Mijn kleinzoon barstte uit in lachen.
Zelfs hij was dus aangestoken door dit religieus gebeuren!!
Enkele mensen waren zodanig door de vreugde van het ogenblik aangegrepen dat ze uitstapten en in mijn richting kwamen.
Ik wed dat ze wilden bidden of mij vragen welke kerk ik bezocht. Maar juist op dat ogenblik bemerkte ik dat het licht veranderd was.
Dus wuifde ik lachend naar al deze broeders en zusters en reed verder.
Het viel me op dat ik de enige was die over het kruispunt reed voor het licht opnieuw versprong en was een beetje droevig dat ik al deze mensen diende achter te laten na al de liefde die we deelden.
Dus vertraagde ik, leunde uit het venster en gaf hen allen voor de laatste keer nog eens het Hawaïaans geluksteken.
Toen begonnen ze allemaal gelijktijdig te toeteren.
En ik dacht:
'Prijs de Heer voor zulke liefhebbende en godsvruchtige mensen.'
Veel liefs,
Grootmoeder