In een bioscoop met pikante films zit een man verschrikkelijk te kreunen. De andere gasten storen zich eraan. De ouvreuse gaat naar de man toe en zegt dat hij niet zo hard moet kreunen, omdat ze anders de politie erbij haalt.
"Ohhh, ahhh, dat is goed, oehhhh, ik zal het proberen om me in te houden." zegt de man.
Maar de man weet van geen ophouden. De ouvreuse belt daarom toch maar naar de politie. Even later gaan twee agenten de bioscoop in, waar de man nog steeds hard zit te kreunen.
"Wat is uw naam?"
Vraagt de agent. En de man zegt:
"Ahhh, Jansen, ohhh."
"En waar komt u vandaan?" vraagt de agent.
Zegt de man:
"Ahhh, ohhhh, van het balkon."
Op een universiteit wordt in de les anatomie een stukje praktijk gegeven. De professor roept de leerlingen dokters rond de tafel waarop een lijk ligt samen en zegt:
"Collega’s, er zijn twee zaken waar ik geweldig op sta en dat zijn ten eerste, voeling hebben met uw werk, en ten tweede, nauwkeurig opletten tijdens het werk." De professor steekt zijn vinger in het achterwerk van het lijk en likt daarna zijn vinger af. "Ziezo collega’s, dat noem ik nu voeling hebben met uw werk, nu is het jullie beurt." De studenten worden lijkbleek door het idee, maar volgen toch het voorbeeld van hun professor. "Goed zo", zegt de professor, "en wie van jullie nu heeft gezien dat ik mijn wijsvinger in het lijk zijn achterwerk heb gestoken en mijn ringvinger heb afgelikt, is zeer oplettend geweest."