Drie bouwvakkers, een Belg, een Hollander en een Duitser houden schafttijd. De Belg doet z'n brooddoos open. "Gоdvеrdомме hé, weeral gelei, als ik morgen nog gelei tussen m'n boterhammen vind, spring ik hier van de stelling naar beneden." Dan doet de Duitser z'n brooddoos open:
"Sсhеissе, alweer worst tussen m'n boterhammen, als ik morgen nog worst meekrijg, dan spring ik hier naar beneden." Als laatste opent de Hollander z'n brooddoos. "Potverdorie, alweer kaas. Als ik morgen nog kaas tussen m'n boterhammen heb, spring ik hier naar beneden." 's Anderendaags is het weer schafttijd en de Belg doet z'n brooddoos open. Natuurlijk gelei, en hij springt naar beneden, dood. De Duitser juist hetzelfde, juist zoals den Hollander.
Op de begrafenis komen de drie weduwes bij mekaar. De Belgische:
"Had hij nu maar gezegd dat hij gene gelei meer wilde, dan had ik er iets anders op gesmeerd."
De Duitse:
"Ja, inderdaad, had mijn man nu maar gezegd dat hij geen worst meer wilde, ik had er wel iets anders tussen gedaan."
Waarop de Hollandse:
"Ik snap er niks van. Hij smeert elke dag z'n boterhammen zelf!"
Jantje komt naar de school met een abnormaal geladen boekentas.
De boekentas staat bol, volledig opgevuld en Jantje houdt de boekentas stevig vast met beide armpjes.
Juf Carine zegt:
"Maar Jantje, zo'n volle boekentas en die zo vasthouden, en ge moest toch niet zoveel boeken meebrengen bij mijn weten!"
Jantje:
"Nee, juf, nee."
De juf:
"Wel Jantje, wat zit er in uw boekentas?"
Jantje:
"Niks juf, niks",
De juf:
"Allé Jantje, doe die boekentas open!"
Jantje luistert en opent zijn boekentas en . floep, daar springt een kat uit!!
"Wel Jantje," zegt de juf, "wat heeft dat te betekenen?"
"Wel juf, de behanger is bij ons thuis en die zei tegen ons mama:
Als die kleine naar 't school is, pak ik uw роеs !!
Twee konijntjes en een egeltje zitten 's avonds langs de kant van de weg. Vraagt het egeltje:
'Ное komt dat nou? Je ziet altijd platgereden egeltjes op de weg liggen, maar nooit een platgereden konijn.'
'Dat zal ik je uitleggen,' zegt het konijn:
'Wij hebben een goede methode. Als wij de weg overstekken en we zien twee grote koplampen aankomen, gaan we precies in het midden zitten. Als de koplampen dichtbij zijn, dan bukken we, en dan kunnen we daarna gewoon weer doorlopen. Maar ik zal het wel even laten zien.'
Het konijn loopt de weg op. Er komen twee koplampen aan. Het konijn gaat in het midden zitten, bukt, en komt even later weer teruglopen:
'Zie je wel. Niks aan.'
'Dat wil ik ook eens proberen,' zegt het egeltje. Het egeltje loopt de weg op. Er komen twee koplampen aan, en het egeltje gaat precies in het midden zitten. Hij bukt... en wordt finaal platgereden. Zegt het ene konijn tegen het andere:
'Zie je niet vaak meer, hé, zo'n driewieler...'
Een mooi jong meisje heeft een vaginaal probleem. Ze stinkt naar den ajuin. Ze gaat naar de gynaecoloog om zich te laten onderzoeken en vertelt dat ze erg mee verveeld zit! Steeds op het moment dat ze met een vriend tot een intiemer moment komt haakt die af. Elke vriend gaat er van lopen. De dokter onderzoekt haar, neemt ook een uitstrijkje en laat dit op het labo onderzoeken. Uiteindelijk wordt er niets gevonden. Het arme kind blijft zitten met haar intieme ajuinaroma. Ze geraakt gedeprimeerd, krijgt de ene ontgoocheling na de andere, gaat met vrienden niet meer uit enz.
Op een bepaald moment krijgt ze er weer moed en vliegt er weer in. Tijdens een receptie ontmoet ze een mooie adonis. Die man ziet dat mooi kind ook wel zitten en zegt tegen haar:
" Zeg, we gaan hier toch onze tijd niet verslijten. Ik stel voor dat we samen iets gaan eten."
Zogezegd zo gedaan. Ze bestellen een lekker menu, zij eet smakelijk, maar hij laat steeds 80 % op zijn bord liggen. Het meisje vraagt wat er scheelt waarop hij antwoordt:
"Het smaakt me niet, eigenlijk nooit -door een lichamelijke afwijking heb ik geen reuk - noch smaakzin."
Het kind kon haar oren niet geloven en dacht bij zichzelf:
"Dat is DE man, die MOET ik hebben!"
Daarop zegt zij:
"Zeg we gaan hier toch onze tijd niet verslijten. Ik stel voor dat we naar mijn appartementje gaan en dat we ons daar wat amuseren." Zo gezegd zo gedaan... Ze trekken naar haar slaapkamerke.. Duiken in dat beddeke en beginnen te froemelen. Hij doet dat behaatje uit, het slipje volgde al vlug. Dan doet zij zijn slipje uit. Beiden liggen poedelnaakt in dat beddeke. Een zachte hand zakt tussen haar benen. En de man duikt onder lakens... en steekt zijn hoofd tussen haar benen.
Maar plotseling springt hij terug boven de lakens en hapt hevig naar lucht.
Zij dacht bij zichzelf:
"Het is toch weer niet waar he!"
De man duikt terug onder de lakens! En woeps... plotseling zijne кор terug boven de lakens.
Daarop vraagt ze aan hem:
"Zeg wat heb je nu toch?"
"Ik weet het niet", zegt de man, "maar telkens als ik mijn hoofd onder de lakens steek, beginnen mijn ogen te tranen."