De Janssens hadden geen kinderen en besloten een donor te zoeken om hun gezin te starten. Op de dag dat de donor langs zou komen, moest meneer Janssen op zijn werk zijn. Dus hij kuste zijn vrouw en zei:
"Ik ga ervandoor, die meneer zal hier snel zijn.
" Een half uur later kwam heel toevallig een deur-tot-deur baby fotograaf langs, en belde aan."Goedemorgen, mevrouw. U kent me niet, maar ik ben hier om...
"Oh, je hoeft niets uit te leggen hооr. Ik verwachtte je al, " onderbrak mevrouw Janssen hem.
"Werkelijk? " vroeg de fotograaf. "Nou, prima! Mijn specialiteit zijn baby's. "
"Dat hoopte mijn man en ik al. Kom alsjeblieft binnen en ga zitten."uhum. . . waar gaan we precies beginnen? " vroeg mevrouw Janssen blozend.
"Laat alles maar aan mij over, mevrouw. Meestal doe ik er eerst twee in de badkuip, één op de bank, en soms nog een paar op het bed. Vaak is de vloer in de huiskamer ook leuk. Dan heb je een groter oppervlak. "
"Badkuip, huiskamervloer? Geen wonder dat het niet werkte voor mij en Harry. "
"Nou, mevrouw, niemand kan het in één keer goed doen. Maar als we verschillende posities proberen, en ik schiet van zes of zeven verschillende hoeken, dan weet ik zeker dat U tevreden zal zijn over de resultaten. "
"Ik, hoop dat we dit snel achter de rug hebben, " piepte mevrouw Janssen.
"Mevrouw, in mijn soort werk, moet een man zijn tijd nemen. Het kan makkelijk binnen vijf minuten, maar dan weet ik zeker dat U daar niet tevreden over zal zijn. "
"Ik weet het wel zeker! ! " riep mevrouw Janssen uit.
De fotograaf opende zijn koffer en pakte zijn album met babyfoto's. "Deze is gemaakt op de bovenkant van een dubbeldekkerbus midden in Antwerpen. "
"Mijn God! ! ", riep mevrouw Janssen uit, aan haar zakdoek plukkend.
"En deze tweelingen zijn bijzonder goed gelukt, er rekening mee houdend dat de moeder nogal moeilijk deed. " De fotograaf gaf haar de foto.
"Moeilijk? " vroeg mevrouw Janssen.
"Ja, helaas wel. We moesten uiteindelijk naar het stadspark om het voor elkaar te krijgen. Overal om ons heen stonden mensen te dringen om het maar goed te kunnen zien. "
"Te dringen? " vroeg mevrouw Janssen, haar ogen open van verbazing.
"Ja. . . " vertelde de fotograaf. ". . . en voor langer dan drie uur!Het mens bleef maar schreeuwen en commentaar geven. Ik kon me amper concentreren. Toen begon het donker te worden en moest ik het snel afwerken. Toen er uiteindelijk eekhoorntjes aan mijn gereedschap gingen knabbelen, moest ik alles wel weer snel terugstoppen. "
Mevrouw Janssen leunde naar voren. "U bedoelt dat ze werkelijk aan uw uhum . . . gereedschap knabbelden? "
"Jazeker. Nou mevrouw, als U er klaar voor веnт, zal ik de standaard opzetten, zodat we aan de slаg kunnen. "
"Standaard? ? " Mevrouw Janssen keek nu ontzettend bezorgd.
"Ja natuurlijk, ik heb de standaard nodig om mijn Canon op te laten rusten. Hij is veel te groot voor mij om vast te houden wil ik goed kunnen schieten.
"Mevrouw? Mevrouw? . . Goeie God, ze is flauwgevallen! ! Zou ik iets verkeerds gezegd hebben?"
Een Marrokaan staat in Antwerpen stil aan een rood licht als hij langs achter wordt aangereden door een Antwerpenaar. Kwaad komt de Marokkaan naar buiten en roept:
"Vuile racistische Antwerpenaar, ge zijt express tegen mijnen auto opgereden omdat ge geen Marrokanen moet hebben".
De Antwerpenaar zegt :
"Kalm blaaive, Kalm blaaive, da's nie woar, 't was een accident..."
De Marrokaan onderbreekt hem en zegt :
"Niets van, gij zijt een racist, een vuil Vlaams Blokker ...."
De Antwerpenaar zegt :
"Hola as ge ni rustig bleft, dan zenne kik verplicht er de polies bei te holen..."
Waarop de Marrokaan:
" Ziet ge wel, die Nаzi's erbij roepen, om u te helpen, Racist..."
Op dit moment komt er een combi van de Antwerpse politie aangereden, ze stappen uit en vragen wat er gebeurd is waarop de Marrokaan direct begint te roepen van "Die racist is achter tegen mij opgereden en al die Racisten van hier en vandaar ...."
Een agent onderbreekt hem en zegt met harde toon:
"KALM BLAAIVE, Hier zen gien raciste, wai zen niet allemoal tegen aa, da' s ier een accident. En wai gon dat ier beschoafd oeplosse"
. Als de agent ziet dat de Marrokaan kalmeert neemt hij hem onder de arm en vraagt :
ZEGT NAA IS IERLEK, WAAROEM ZEDDE GAAI ACHTEROIT GEREIE?"
De Heer kwam tot Noë in België in het jaar 2021.
De aarde was verdorven en overbevolkt. De Heer daalde neer en gaf aan Noë de opdracht een Ark te bouwen en twee exemplaren van elk levend wezen samen met enkele goede mensen te redden.
"Hier is het plan", zei God. "Haast je, want over zes maanden zal het 40 dagen en 40 nachten beginnen te regenen. Frank De Boosere zal dat niet weten te verklaren en weer maar wat uit zijn duim zuigen".
Zes maanden later begon het te regenen. De Heer keek neer en zag Noë wenen in zijn overstroomde tuin, maar hij zag geen Ark.
"Noë", donderde Hij, "waar is mijn Ark?"
"Vergeef me, Heer", smeekte Noë. "De dingen zijn wel wat veranderd tegen vroeger.
Ik had een speciale bouwvergunning nodig.
En ik heb moeten discussiëren met de inspecteurs in verband met een brandverzekering.
Mijn buren beweren dat ik de bouwlijn overschreden heb met mijn Ark en dat ik de maximumbouwhoogte niet gerespecteerd heb.
Ook legden ze een klacht neer wegens geluidsoverlast op de werf.
We zijn naar Stedenbouw moeten gaan voor een beslissing.
Dan kwamen het ministerie van Verkeer en de dienst van Bruggen en Wegen.
Zij wilden een waarborg gestort hebben voor de mogelijke, toekomstige, kosten van de aanpassing van de infrastructuur als de Ark moest verplaatst worden naar de zee. Ik beweerde dat de zee tot hier zou komen, maar daar geloofden ze geen snars van.
Hout vast krijgen was een ander probleem.
De groenen trekken van leer tegen het kappen van inlands hout, en dit om
De gevlekte bosuil te beschermen.
Ik probeerde de naturisten te overtuigen dat ik het hout juist nodig had om die uil te redden. Geen gehoor!
Ik verzamelde de dieren. Maar dan werd ik aangeklaagd door Gaia. Michel Van Den Bossche beweerde dat ik wilde dieren gevangen hield tegen
Hun zin.
Ook argumenteerden ze dat de accommodatie te beperkt was en dat het wreed en onmenselijk was zoveel dieren te houden in zo'n kleine ruimte.
Het Ministerie van Leefmilieu besliste dat ik geen Ark mocht bouwen zonder dat ik een Milieueffectenrapport opmaakte over uw voorspelde watervloed.
Ondertussen ben ik nog steeds bezig een klacht van het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding van uw dwarse pater Leman op te lossen. Volgens hem moet ik een bepaald aantal allochtonen inhuren om de Ark te bouwen.
Anderzijds willen de vakbonden dat ik enkel vakbondsleden met Arkbouwervaring te werk stel.
Om de zaken nog erger te maken heeft Douane en Accijnzen al mijn bezittingen en beleggingen aangeslagen. Zij beweren dat ik het land illegaal wil verlaten met meeneming van bedreigde diersoorten.
Toen men op de ministeries van volksgezondheid en landbouw hoorde van al die dieren, begonnen ze te kankeren over het "mestaktieplan" en vroegen of ik nog nooit gehoord had over het MAP en wat ik er zou aan doen.
En dan zwijg ik maar over de problemen met het ellebogenwerk van al die politici die, door hun dienstbetoon, allemaal iemand hadden die absoluut mee moet.
Dus Heer, vergeef mij, het zal me minstens tien jaar kosten om de Ark te bouwen."
Plotseling stopte de regen, de hemel klaarde op en de zon begon te schijnen.
Noë keek verwonderd op. "Wil dit zeggen dat U de wereld niet zal vernietigen", vroeg hij.
"Neen", zei de Heer, "Uw regering is daar al intensief mee bezig" !
Een dominee en een priester zitten op een bank in het park te keuvelen.
De dominee draagt een zeer sleets kostuum terwijl de pastoor in een redelijk chique pak gestoken is. De priester vraagt de dominee waarom hij zo'n afdrager aan heeft.
De dominee:
"Ik leef voor God, en als Zijn dienaars leven wij van wat er overblijft van wat de Gemeenteleden des Zondags doneren in het kerkfonds."
"Overblijft?", vraagt de priester.
"Na de dienst neem ik al het bij de collecte opgehaalde geld, teken een krijtcirkel op de grond, gooi het geld in de lucht, en alleen wat in de cirkel blijft liggen is voor mijn levensonderhoud. De rest is voor God."
"Dat zien wij toch wat makkelijker als katolieken", antwoordt de priester, "wij doen dat ook, collecte, krijtcirkel enzo, maar bij ons is het: Al wat in de cirkel valt is voor God, de rest voor mij zeg maar."
Hij is nog niet uitgesproken of er komt een Porsche aanstuiven, een rabbi springt eruit, Versace kostuum, met goud behangen, dikke Rolex, GSM.
"Zeg rabbi, u zit goed in de slappe was zo te zien ? Kom erbij zitten."
Ze leggen hem uit waar ze het over hadden, en nieuwsgierig naar hое de rabbijn zo welvarend kan zijn als geestelijke zegt hij:
"O, wij doen dat ook hооr, collecte in de sjoel enzovoort. Alleen die cirkel, dat doe ik niet. Ik gooi gewoon alles de lucht in en roep God aan: Alles wat U vangt mag U houden!"
Een stadsmus reed zijn auto vast in een sloot op het platteland. Toevallig passert er een plaatselijke boer met zijn paard genaamde Julles en biedt hij zijn hulp aan.
Hij spant Julles voor de auto en schreeuwt, "Juu, Nellie, juu". Julles beweegt niet.
Dan buldert de boer, "Trek, Bliksem, trek". Het paard blijft stil staan.
Nog eens beveelt de boer, "Hop, Jennie, hop". Niets.
Dan zegt de boer nonchalant, "Juu, Julles, juu". En het paard sleepte gemakkelijk de auto uit de sloot.
De automobilist is dankbaar en heel nieuwsgierig. Hij vraagt de boer waarom hij zijn paard drie keer met de verkeerde naam toeriep.
De boer zegt, "Oh, Julles is blind en als hij zou denken dat hij de enige was die trekt, dan zou hij zelfs niet proberen!"
Danny huurt een appartementje in Antwerpen en gaat naar de hal om zijn naam op de juiste brievenbus en bel te bevestigen. Terwijl hij daarmee bezig is, komt er een bijzonder aantrekkelijke jongedame in kamerjas uit een van de appartementen om haar postbus te lichten.
Danny glimlacht naar de jonge vrouw en begint een gesprekje met haar. Terwijl ze zo staan te keuvelen, glijdt haar kamerjas een beetje open, en het is voor Danny onmiddellijk duidelijk dat de jongdame onder dat kledingstuk poedelnaakt is.
De arme Danny probeert hardnekkig oogcontact met haar te houden zodat zijn blikken niet zuidwaarts afdwalen. Na een paar zweterige minuten legt de vrouw haar hand op zijn arm en zegt: Laten we naar mijn appartement gaan, ik hооr iemand komen.
Hij stapt met haar de kamer binnen, en nadat ze de deur heeft gesloten, leunt de vrouw er tegenaan, zodat haar kamerjas nu helemaal van haar naakte lichaam op de grond zakt. Ze ronkt zachtjes naar hem: wat is volgens jou mijn beste lichaamsdeel?
De aangeslagen, gegeneerde Danny stottert, schraapt enkele keren zijn keel en stamelt ten slotte: Je oren... Ze is compleet verbaasd. Mijn oren? Waarom mijn oren? Kijk naar deze borsten! Ze zijn vol, hangen niet door en zijn natuurlijk! Kijk naar mijn billen... ze zijn stevig en rond, en ik heb geen cellulitis! Kijk naar mijn huid, geen littekens, geen vlekjes! Waarom zou je mijn oren dan als mijn beste lichaamsdeel beschouwen?
Danny schraapt zijn keel opnieuw en fluistert dan..... In de hal toen je zei dat je iemand hoorde komen........ Wel... dat was ik. .......