Midden in de nacht drong een inbreker een huis binnen.
Hij liet zijn zaklantaarn door de huiskamer schijnen, op zoek naar kostbaarheden.
Toen hoorde hij een stem in het donker, die zei:
“Jezus weet dat je er веnт !”
De inbreker kreeg zowat een hart verzakking, knipte zijn zaklantaarn uit en bleef stokstijf staan.
Toen hij na een tijdje niets meer hoorde, schudde hij zijn hoofd en ging verder met zijn “werk”.
Maar nèt toen hij de dvd-speler naar zich toe trok, zodat hij de bedrading los zou kunnen maken, hoorde hij, luid en duidelijk:
“Jezus kijkt naar je !”
Helemaal overstuur scheen hij met zijn lantaarn om zich heen, op zoek naar de plek waar de stem vandaan kwam.
Uiteindelijk kwam de lichtbundel van zijn zaklamp in een hoek van de kamer tot stilstand, gericht op een papegaai.
“Was jij dat, die tegen me praatte ?”, siste de dief tegen de papegaai.
“Yes”, bekende de papegaai en krijste verder:
“Ik wil je alleen maar waarschuwen dat hij naar je kijkt”.
De inbreker ontspande zich weer een beetje:
“Me waarschuwen, hè?
En wie ben jij dan wel ??”
“Mozes”, antwoordde de vogel.
“Mozes ?”, lachte de inbreker, “wie noemt een vogel nu Mozes ?”
“Hihi”, lachte de papegaai, “mensen die een Rottweiler Jezus noemen !”.

Een man wil met de trein op zomervakantie gaan, maar aangezien niemand gedurende zijn vakantie op zijn papegaai kan passen, heeft hij besloten om die vranke smoel maar mee te nemen. Met de papegaai op zijn schouder komt hij aan het loket en vraagt een ticket voor Rimini. De loketbediende maakt hem erop attent dat hij voor de papegaai ook een ticket moet nemen. "Dat Geld kan ik wel sparen!" denkt de man. Hij gaat in het toilet, hij steekt de papegaai in zijn broekzak en gaat vervolgens aan het loket voor hem een vervoersbewijs kopen. In het treincompartiment zet hij zich comfortabel neer, en valt promt in slaap - en de papegaai steekt noch steeds in zijn broek!
Bij de volgende halte komt er een non op de trein, stilletjes neemt zij plaats in het compartiment van de slapende man. De trein is nog maar pas vertrokken, en terwijl zij in "Kerk en Leven" zit te bladeren, bemerkt zij terloops een lichte beweging in de broek van de man. Zij kijkt over de rand van het krantje en ze denkt: "Die heeft waarschijnlijk een vunzige droom." Na een tijdje worden de bewegingen heftiger, en ze hoort een stem:
"Het is hier echt warm hооr!"
"Oh!" denkt ze, "en hij praat ook nog in zijn slaap.."
In de broek worden de bewegingen alsmaar heftiger en weer een stem, die zegt:
"Gоdvеrdомме, het is hier echt heet!"
Wanneer haar baas rechtstreeks wordt aangesproken, is ze toch een beetje ongerust, en kijkt ze toch eens goed naar de zaak. Dan ziet zij dat de sluiting van zijn broek langzaam openritst, er komt langzaam een vleugel uit dan de tweede vleugel vervolgens komt de кор van de papegaai door zijn gulp naar buiten. Hij kijkt naar links dan naar rechts, en dan het nonneke recht in het gezicht en hij zegt:
"Koekoek!"
De non is helemaal van de kook, ze spring recht, schudt de man wakker en als hij ontwaakt zegt ze:
"Lieve Man, ik ben een dienares van de Heer en ik heb er waarschijnlijk weinig verstand van, maar ik geloof dat een van uw eiëren uitgekomen is!"