Kinder Moppen, Moppen over kinderen, Moppen Voor Kinderen
De kindjes mochten de juf raadseltjes vragen. Het ging van "Ное heet mijn hond? En hое heet mijn kat?" Tot plots Jantje van 6 vroeg:
"Juffrouw, ik steek het er droog en stijf in, en haal het er nat en slap uit."
De Juf, een warmbloedig ding van vooraan in de twintig, kreeg een vuurrode кор en zei:
"Jantje, hое durf je. Voorruit, naar huis en vanavond kom ik eens met je vader praten." Jantje, zich van geen kwaad bewust, ging haar huis bij zijn vader. "Allez, Jantje, waarom ben je nu al thuis?"
, vroeg vader. Jantje deed het hele verhaal. Op het eind vroeg vader:
"En Jantje, wat is het antwoord?"
"Wel vader, en stuk speculaas in een tas koffie."
's Avonds, als Jantje al in bed lag, kwam de juf langs. Het misverstand werd uit de voeten gedaan en Jantje mocht morgen weer naar school. De volgende week was het weer raadseldjes dag, en weer vroeg Jantje:
"Juffrouw, ik steek het er droog en stijf in en haal het er nat en slap uit."
De juffrouw lachtte breed en zei:
"Ik weet het Jantje, een speculaas in een tas koffie."
Jantje antwoordt:
"Fout juffrouw, het is wat u vorige week dacht."
Bij de buurvrouw van Jantje is een baby geboren. Alleen, de baby is geboren zonder oren. Jantjes moeder gaat met Jantje op kraamvisite, maar omdat Jantje nogal een flapuit is, waarschuwt ze hem van tevoren:
"Wat je ook zegt, Jantje, je zegt niks over die oren!"
"Goed mam"
, belooft Jantje. Als Jantje en zijn moeder op visite zijn, vraagt Jantje:
"Buurvrouw, mag ik het baby?tje zien?"
"Natuurlijk Jantje", zegt de buurvrouw en ze gaan kijken. "Dat is een mooi baby?tje", zegt Jantje, "Echt een heel mooi baby?tje."
Dan gaan ze beschuit met muisjes eten. Vlak voor ze weer vertrekken, vraagt Jantje of hij het baby?tje nog een keertje mag zien. Dat mag. Weer zegt Jantje:
"Het is een mooi baby?tje."
En hij voegt eraan toe:
"Heeft zeker wel goeie ogen?"
"Zeker", zegt de buurvrouw, "Waarom vraag je dat?"
"Nou", zegt Jantje, "Een bril kan 'ie nooit dragen."
Jantje staat erom bekend altijd in de klas van die vunzige taal uit te slaan. Op een dag vraagt de juffrouw aan de klas:
"Wie weet er een woord dat begint met de letter K?"
Jantje roept:
"Ikke!!! Ikke!!! Ikke!!!"
De juffrouw denkt:
"Ja Jantje weer met zijn vieze woorden en zegt tegen Marietje:
"Zeg jij het maar, Marietje."
Marietje zegt:
"Ehh, Kandelaar, juf."
Juffrouw zegt:
"Goed zo!!, wie weet er nu een woord dat begint met deletter L?"
Jantje roept:
"Ikke!!! Ikke!!! Ikke!!!"
Weer denkt juf:
"Ja nou niet weer he Jan."
Dus zij zegt:
"Pietje, zeg jij het maar."
Pietje zegt:
"Ehh, Lantaarnpaal."
Juffrouw zegt weer:
"Goed zo, Pietje! Wie weet er nu een werkwoord dat begint met de letter N?"
Jantje roept nu nog harder:
"Ikke!!! Ikke!!! Ikke!!!."
Ook nu weer denkt de juf dat Jantje wederom een vunzig woord in zijngedachten heeft dus geeft ze de beurt aan Kees. Kees zegt:
"Nakijken."
"Nou", zegt de juffrouw, "jullie zijn vandaag zo goed we doen er nog 1. "Wie weet er een woord dat begint met de letter R?"
Jantje weer:
"Ikke!!! Ikke!!! Ikke!!!"
Nu denkt de juffrouw:
"Ja met deze letter kan ik zelfs geen vies woordverzinnen."
Dus geeft ze met een gerust hart de beurt aan Jantje. Jantje roept:
"Rapkabouter!"
"Rapkabouter???" zegt de juf "dat woord bestaat helemaal niet, wat is dat dan?"
Vraagt ze aan Jantje. Jantje zegt:
"Nou, dat zal ik je vertellen juf, dat is een kleinKUT-ventje met een enorme LUL en NAAIEN dattie kan!!!!"