Er staat een Belg bij een snack automaat. Hij gooit er een euro in en trekt het deurtje open. Helemaal in zijn sas en juichend eet de Belg zijn warme snack op. Vervolgens doet hij dat nog een keer en nog keer, totdat na 7 frikandellen, 4 kaassoufflés, 8 kroketten, 4 bamischijven, 3 gehaktballen, 7 kipcorns en 2 nasiballen de cafetaria eigenaar zich er mee gaat bemoeien. “Zeg vriendelijke vriend”, begint de eigenaar, “heb je nu nog niet genoeg?” Antwoordt de Belg, iets wat getergd:
“Zo lang ik win, ga ik door.”
Twee Belgische bouwvakkers zijn op een bouwplaats bezig waar een kantorentoren zal verrijzen. Op een gegeven moment moet die ene hoog nodig рissеn. "Amai Sjefke, ik moet zo nodig pinkelen."
"Maar dat gaat toch niet Franske. Ge кunт nog niet naar beneden staan pinkelen. Nou vooruit dan maar, ga de gij maar aan het eind van dienen balk staan daar."
"Maar dan val ik zo naar beneden."
"Wacht dan ga ik wel aan den andere einde van dienen balk staan."
Zo gezegd, zo gedaan. De eerste bouwvakker staat lekker te pinkelen en die ander houdt de balk tegen. Dan gaat ineens de pauzefluit en, u raadt het al, de bouwvakker die de balk tegenhield loopt weg met alle gevolgen vandien. Enige weken later zitten een Nederlander, een Fransman en een Belg in een café niet ver van deze bouwput op te scheppen over het direkt naar een vrouw toegaan. De Nederlander zegt:
"Wij vragen een vrouw gewoon eerst een avondje mee uit."
"Ach," zegt die Frаnsооs, "wij doen het nog direkter. Diner bij kaarslicht en een open haard doen wonderen" Waarop de Belg hard begint te lachen. "Amai, wat een omweg zeg. Ik liep laatst in dezen zelfde straat en daar komt zo enen bouwvakker naar beneden met zijnen piemel al uit den broek bungelend, roepend; Kuuuuuuuuuuttttttttttttttttttttttttt!"